Als je veel met je neus in de cijfers zit, komt onvermijdelijk het moment dat je moet laten zien wat je hebt gevonden. Dan is het tijd om je inzichten die je in je hoofd hebt om te zetten in een verhaal, een document, een grafiek. Deze verhalen en grafieken moeten natuurlijk duidelijk zijn, blijven hangen, en aanspreken.
Soms, echter, heb je te maken met dashboards of een vaste set rapporten. Zonder verhaal. Dan moet het dashboard of rapport op zichzelf aanspreken. Dat kan soms knap lastig zijn.
Gelukkig ben ik niet de enige die dit lastig vindt. Lees bijvoorbeeld dit artikel op webanalisten.nl. Naar aanleiding daarvan kwam ik opĀ de website van Stephen Few terecht, en heb gelijk een boek van hem gekocht.
Het boek heet Information Dashboard Design, en gaat over hoe je effectief informatie ‘dashboards’ kan inrichten.
Een dashboard is een bijzonder soort rapport / excel sheet. Het is visueel, compact, en moet zo duidelijk mogelijk de informatie overbrengen.
Je leert het volgende:
- Vermijden van de “13 belangrijkste fouten” van dashboard design
- Hoe nemen mensen waar, en hoe kan je dat gebruiken in je dashboards (kleurgebruik, groeperen)
- Hoe hou je het simpel
- Focus op de gebruiker
Het boek is geen groot naslagwerk of bijbel, maar stap voor stap wordt uitgelegd waar je rekening mee moet houden met het presenteren van veel data in weinig ruimte.
Belangrijkste punten:
De belangrijkste les: een dashboard is bedoeld om te communiceren. Alles wat niet in het teken staat van communicatie, is overbodig.
Hoe ga je te werk? Via iteratie van twee stappen:
- Schrap zo veel mogelijk pixels die geen data zijn (of maak ze zo onopvallend mogelijk)
- Verbeter de pixels die wel data zijn; schrap het overbodige, en gebruik leg alleen nadruk op het allerbelangrijkst.
Hieronder een mooi voorbeeld van goed versus fout.:
Stephen Few is een minimalist met een missie: informatie zo duidelijk mogelijk overbrengen. Fratsen leiden af, de lezer moet centraal staan.
Het oordeel
Het boek is mooi vormgegeven, en staat vol voorbeelden van grafieken die niet werken, en die juist wel werken. Wat ik goed vind, is dat Few de onderliggende principes uitlegt in plaats van alles exact uit te spellen wat je moet doen.
Het leest prettig weg, en aan het einde van het boek ben je een bekeerling.
En ja: ook ik heb me schuldig gemaakt aan het maken van schreeuwerige tabellen en visuele opleukerij. Bij deze beloof ik beterschap.
Het volgende boek van Few, Now You See It, heb ik ook al klaar liggen om te lezen. Nog meer boekentips zijn welkom in de comments.